De Bijbel staat vol verhalen die in de westerse culturen zo bekend zijn, dat zelfs mensen die weinig tot niets met de Bijbel hebben ze kennen. Het verhaal dat ik hier wil bespreken is misschien minder bekend. Het illustreert ook een probleem dat ik vaak bij christenen zie als iemand over veganisme begint. In dit artikel leg ik dit probleem uit aan de hand van een voorbeeld uit de Bijbel en geef ik tips voor een constructief gesprek.

Een Babylonische spraakverwarring

Na het bekende verhaal van Noach en de vloed, waarin Noach en zijn familie met enkele dieren van elke diersoort in een zelfgebouwde boot een grote overstroming overleven [1], moet de mensheid opnieuw beginnen. De weinige overgeblevenen besluiten bij elkaar te blijven en samen te leven. Enkele generaties later is die samenleving uitgegroeid tot een grote stad.

Midden in deze stad, die in de Bijbel bekend staat als Babel, willen de mensen een toren bouwen, die tot de hemel moet reiken om zo aan te tonen wat een grote en machtige samenleving dit is. Volgens de tekst vindt God dit maar niets. Hij besluit in te grijpen door de talen van de mensen te veranderen. Dit blijkt funest voor de grootse plannen die de mensen hebben. Ineens kunnen ze elkaar niet meer verstaan en al gauw gaat iedereen elders wonen met mensen die hun taal spreken. Een fascinerend verhaal, uit hoofdstuk 11 van het Bijbelboek Genesis. Maar waarom vertel ik dit verhaal hier?

Eigentijdse spraakverwarring

Met enige regelmaat kijk ik op Youtube naar gesprekken, debatten en discussies van veganisten met christenen. En vaak heb ik het idee dat ik naar de eerste dag na de verwarring van de talen zit te kijken. Men praat compleet langs elkaar heen, en enig begrip van de standpunten van de ander is vaak ver te zoeken. Het is alsof er andere talen gesproken worden. [2]

De welverdiende kritiek op christenen

Helaas staan christenen niet bepaald bekend als pioniers wat betreft de zorg om de natuur, het klimaat of de dieren. Lynn White heeft in 1966 al een artikel geschreven over de relatie van het christendom en de milieucrisis [3]. Hierin wijst hij op christelijke concepten als de menselijke heerschappij over de rest van de schepping en het idee dat de mens een ziel heeft terwijl niet-menselijke dieren die niet zouden hebben. Anderen zijn tot soortgelijke conclusies gekomen. Ian McHarg beschreef in 1969 [4] hoe de Bijbelse nadruk op de menselijke heerschappij en bewerking van de aarde de meest uitbuitende en vernietigende instincten in de mens aanmoedigt.

Ook recenter zien we in een boek als A plea for the animals [5] van Matthieu Ricard een uitgebreide beschrijving van de dieronvriendelijke uitleg van de Bijbel die christenen vaak hanteren. Er is dus al jaren kritiek op het christelijke geloof vanuit dier- en milieuvriendelijke schrijvers.

De positieve invloed van christenen

Er is echter ook een andere kant van het christelijke geloof die zich veel beter verhoudt tot de niet-menselijke dieren. Diezelfde Lynn White stelt in het artikel voor om Sint Franciscus van Assisi tot heilige van de ecologisten te verklaren, vanwege diens visie op dieren.

Bij het ontstaan van de dierenbeschermingsorganisaties waren christenen actief betrokken. William Wilberforce, ook bekend van zijn inzet voor de afschaffing van de slavernij in het Britse rijk, was een van de oprichters van de RSPCA, de oudste dierenbeschermingsorganisatie ter wereld [6], en een van de andere oprichters was Reverend Arthur Broome [7], een priester uit de Anglicaanse kerk.

Ook bij de oprichting van de eerste vegetarische organisaties zien we de invloed van christenen. Ongeveer de helft van de oprichters van de Vegetarian Society in Engeland in 1847 waren Cowherdites, christenen die beïnvloed waren door de ideeën van Reverend William Cowherd [8] die al vanaf 1809 vegetarisme promootte in zijn kerk. En in de Verenigde Staten was Reverend William Metcalfe [9], een prediker van het vegetarisme en pacifist, één van de oprichters van de American Vegetarian Society in 1850.

Daarmee probeer ik allerminst de fouten van christenen in het verleden goed te praten. En het is ook niet te verdedigen dat de Bijbel een veganistisch boek is. Maar er is dus blijkbaar ook een andere Bijbelse interpretatie mogelijk die christenen inspireert om actie te ondernemen voor de dieren en de wereld om ons heen.

Een opzet tot dialoog

Daarom wil ik hier nog twee Bijbelse principes meegeven die bruikbaar kunnen zijn in een gesprek met mensen van deze grote groep in Nederland, en mogelijk de Babylonische spraakverwarring te omzeilen.

Een eerste principe dat kan helpen in de dialoog is dat de Bijbel aangeeft dat God de mens veganistisch geschapen zou hebben. We lezen dit terug in het Bijbelboek Genesis:

Ook zei God: ‘Hierbij geef ik jullie alle zaaddragende planten en alle vruchtbomen op de aarde; dat zal jullie tot voedsel zijn.’”

— Genesis 1:29, Nieuwe Bijbelvertaling

Het is voor veel christenen een openbaring omdat dit weinig tot niet besproken wordt. Het beeld dat de Bijbel schetst van hoe de mens zou moeten zijn, de oorspronkelijke bedoeling van God, is een veganistische levenswijze. Het idee in de tekst is overduidelijk dat er geen pijn, ziekte, lijden of dood is, en dat geldt niet alleen voor de mensen, maar voor de hele schepping God.

Daarna, en zo komen we bij het tweede principe, zien we de zogenaamde zondeval. Weer een bekend verhaal. Adam en Eva zijn ongehoorzaam aan God door van de vrucht van een verboden boom te eten en daarmee verknallen ze de relatie met God en met de rest van de schepping [10]. Door deze breuk in de relatie met God, met de andere menselijke en niet-menselijke schepselen en met de natuur ontstaan dood en lijden, en ook het eten van niet-menselijke dieren is hier een direct gevolg van. Zoals eerder gezien was tot op dit punt het dieet dat God de mens voorgeschreven had een plantaardig dieet. Even later lezen we echter dat een zoon van Adam en Eva al schapen hield.

Er valt veel te zeggen over dit verhaal, en hoe we dit alles kunnen of zouden moeten begrijpen. Mijn punt hier is dat het Bijbelse idee beschrijft dat God de wereld geschapen heeft zonder uitbuiting van dieren, en dat het falen van de mens de oorzaak is dat dit überhaupt gebeurt.

Dit zal niet elke christen op slag veganist maken. Waarschijnlijk zullen ze met allerlei andere Bijbelteksten komen. Toch denk ik dat, door te beginnen met deze twee argumenten, we zaadjes van twijfel kunnen en zullen planten. Door de spraakverwarring te ontwijken, en mensen in hun “taal” aan te spreken wordt het steeds moeilijker om weg te kijken van de afschuwelijke realiteit van ons misbruik van dieren. Als we als veganisten het gesprek aan gaan, met respect voor geloofsovertuiging en taalgebruik, dan weet ik zeker dat de resultaten zullen volgen. Doe je mee?

Bronnen

  1. Dit verhaal kun je lezen van Genesis 6:5–9:29
  2. Zie bijvoorbeeld: VEGAN  VS CHRISTIAN / ETHICS DEBATE
  3. The Historical Roots of Our Ecological Crisis (cmu.ca)
  4. Design with Nature, Ian L. McHarg, John Wiley &Sons; 25th Anniversary edition, 1995
  5. In het Nederlands vertaald als Waarom ik mijn vrienden niet opeet (2015)
  6. Modern Slavery And Human Trafficking | RSPCA
  7. The History of the RSPCA | Animal Legal & Historical Center (animallaw.info)
  8. History – Vegetarian Society (vegsoc.org)
  9. International Vegetarian Union – History of Vegetarianism – American Vegetarian Society (ivu.org)
  10. Lees hiervoor Genesis 3.