Als ik niet zou rennen om veganisme te promoten, dan denk ik niet dat ik zou rennen.

Mensen met de discipline en het uithoudingsvermogen van Fiona Oakes zijn schaars. Ze is 43 jaar, eet slechts 1 maaltijd per dag, zorgt al 17 jaar elke dag voor meer dan 400 dieren in haar dierenopvang in Essex en besteed elke vrije minuut aan het trainen voor marathons. Hierdoor versloeg ze in april dit jaar alle vrouwen tijdens de meest extreme marathon die je maar kunt bedenken: De Noordpool marathon. Ondanks haar strakke en drukke schema, nam ze toch de tijd voor een uitgebreid interview met ons. Hieronder kun je lezen over de drijfveren van Fiona Oakes en geeft ze je een kijkje in haar leven.

Wanneer en waarom ben je veganist geworden?
Toen ik 3 was werd ik vegetariër en het was toen heel duidelijk voor mij dat als je van iets houd dat je dat geen pijn doet. Ik hield altijd al van dieren en speelde ook met knuffelbeesten. Waarom zou ik dieren dan pijn willen doen en op willen eten? Toen ik 6 jaar was vroeg ik mijn moeder of het dieren pijn deed als je hun eieren of melk consumeerde en hoe de producten gemaakt werden. Ze kon niet tegen me liegen en wilde zo eerlijk mogelijk antwoord geven. Toen ik de waarheid leerde zei ik dat ik niets meer wilde eten dat afkomstig was van de wezens waar ik om gaf. Het was een zeer eenvoudig en ongecompliceerde beslissing die ik maakte als kind op basis van een zeer zuivere en idealistische manier van denken en het bekijken van de wereld. Het was niet makkelijk voor mij en mijn moeder, die hard werkte om alle informatie te verzamelen over voedingsstoffen en dergelijke. Dit was nog voordat er computers bestonden, dus dat was toen nog een flinke klus. Tegen de wil van de rest van mijn familie was het de levenswijze waar ik 100% voor ging en in geloofde.

Wanneer en waarom ben je de dierenopvang begonnen?
Mijn partner en ik zijn de dierenopvang begonnen omdat we de behoefte zagen van de dieren in onze omgeving. Paarden, honden, katten, konijnen enz. We huurden een stuk land van een boer om paarden op te houden. Kleinere dieren hielden we in ons huis. We bleven meer en meer dieren opvangen en op een gegeven moment was het onmogelijk om het op deze manier te blijven doen. Op een dag kwam ik terug van werk en ging ik kijken hoe het met de paarden ging. Het bleek toen dat mijn bejaarde volbloed Oscar was beschoten. De boer die eigenaar was van het land, had mensen toegelaten op het land om konijnen af te schieten en dat was misgegaan. Oscar ging bijna dood en dit was het moment waarop we besloten dat we een eigen plek moesten kopen. Het was heel moeilijk om aan voldoende geld te komen. Mijn partner Martin en ik verkochten onze huizen en mijn moeder hielp ook mee om geld te verzamelen. Ze verkocht alles wat ze had, haar piano, verlovingsring, auto. Alles waar ze aan kon denken verkocht ze. Uiteindelijk lukte het om in aanmerking te komen voor de hypotheek voor het stuk land waar we nu de opvang hebben.

Mijn grootste wens kon nu worden vervuld. Ik wilde veedieren redden: koeien, schapen, varkens, geiten en kippen. Ik wilde ze uit de wreedheden van de voedselketen verwijderen en hen een thuis geven voor de rest van hun leven, met de liefde en waardigheid die ze hun hele leven al verdiend hadden. Ik stopte met werken en heb mijn leven gegeven aan de opvang, de afgelopen 17 jaar.

Hoe ziet een gebruikelijke dag voor jou er uit?
Ik sta elke dag om half vier op en begin dan met het voeden en verzorgen van de dieren die ik in huis heb. Veel dieren zijn oud en moet ik medicijnen geven. Veel dieren moeten meerdere keren per dag kleine porties gevoerd krijgen. Ook begin ik met het opruimen van het huis, wat nogal een marteling is met zoveel dieren die bij ons wonen. Om ongeveer 05:00 uur begin ik met het verzorgen van de dieren die buiten staan en daar ben ik wel tot 10:30 uur mee bezig. Er zijn ontzettend veel grote dieren zoals paarden en runderen. Alle dieren moeten individueel worden gevoerd. Ik mest de stallen uit, geef ze hun medicijnen, maak hun voeten schoon, verschoon de dekens en vele van hen breng ik van de stal naar het weiland. Daarna ga ik weer naar huis en maak ik me klaar om te gaan hardlopen. Ik wissel snelheidssessies af met duurlopen. Meestal ben ik rond 15 uur klaar en dan begin ik direct met het uitpakken van een lading vol groente en brood, die door de lokale supermarkt wordt gedoneerd voor onze dieren. Dat kost minstens een uur. Daarna  ben ik weer zo’n 3 uur bezig met het verzorgen van de dieren. Als ik train voor een marathon doe ik ook een tweede run; Een ‘herstel run’ van een paar mijl. Rond 21:00 uur, als mijn vriend Martin thuis komt, ga ik slapen.

Zo zien mijn dagen er 7 dagen per week, 365 dagen per jaar uit. De enige keer dat ik echt weg ben van de dierenopvang is wanneer ik marathons loop. Dan neemt Martin vakantiedagen op van zijn werk om mij te kunnen vervangen. Toen ik aan het trainen was voor de Marathon des Sables in de Sahara woestijn was het erg zwaar. Ik moest veel lange runs doen, die moeilijk in te passen waren tijdens de wintermaanden met slechts enkele uren daglicht. Ik heb een hoofdlamp gekocht en ben ‘s nachts van 23 uur tot 3.00 uur gaan lopen. Dat was ongelofelijk zwaar om te doen, maar het was  de enige manier om mijn training voort te kunnen zetten. Gelukkig ben ik een van die mensen die weinig slaap nodig heeft!

Waarom ben je begonnen met rennen?
Ik begon te rennen om ‘fit’ te worden en mezelf de mogelijkheid te geven om mijn hoofd leeg te maken en me op iets anders dan de dieren te concentreren. Zodat ik met een ander perspectief en fris enthousiasme voor wat ik deed terug kon komen. Het was een “quiet time” voor mezelf.

Hoe kwam je op het idee om de marathon op de Noordpool te gaan lopen?
Ik had al diverse marathons gewonnen en meegedaan aan de grootste marathons ter wereld. Ik deed ook mee aan de Marathon des Sables die bekend staat als “the toughest foot race on the planet” in extreme hitte. Dus het doen van een marathon in extreme kou was de volgende stap. De reden dat ik dit doe is omdat ik zo wanhopig graag de mythen over veganisme wil laten verdwijnen. Dat een vrouw die vrijwel haar hele leven veganist is, in extreme omstandigheden marathons kan winnen, is voor mij het bewijs dat je als veganist geen voedingsstoffen tekort komt. Sommigen zeggen dat we niets te hoeven bewijzen, maar ik heb door de jaren heen zo veel bevooroordeelde, negatieve berichten gehoord met betrekking tot veganisme dat ik er iets aan wilde doen.

Had je verwacht dat je de Noordpool marathon zou winnen?
Het enige wat je kunt verwachten in een marathon, is het onverwachte. Alles wat je kunt doen, is jezelf voorbereiden voor zo veel mogelijk scenario’s als je kunt bedenken en hopen dat dat genoeg is voor de dag zelf. Ik was extreem bezorgd over het rennen in zulke koude temperaturen en omstandigheden. Zowel qua temperatuur als qua bodem waren de omstandigheden het ergste in mijn elf jarige rengeschiedenis. Het was min dertig. Het vraagt fysiek ontzettend veel om dat te doorstaan, helemaal als je ook nog gaat hardlopen. Het was buiten mijn wildste dromen dat ik niet alleen de vrouwenrace had gewonnen, maar dat ik ook het parcoursrecord van 44 minuten had verbroken en ook nog derde was geworden van de complete race, gezien slechts 2 mannelijke concurrenten in staat waren om me te verslaan. Ik had dit niet kunnen bereiken als ik niet constant werd herinnerd aan het lijden van degenen die ik liefheb. Elke keer als ik me moedeloos of moe voel, hoef ik maar even geconfronteerd te worden met dierenleed om mijn moed en energie weer terug te krijgen. Ik word er zo kwaad van dat het me ertoe drijft om meer en meer te willen bereiken en om te proberen de dieren een stem te geven.

Denk je dat je ook zo goed zou presteren op sportgebied, als je het niet voor de dieren deed?
Als ik niet zou rennen om veganisme te promoten, dan denk ik niet dat ik zou rennen. Het is niet iets waar ik specifiek van geniet, en ik ben ook niet egoïstisch genoeg om zo graag iets voor mezelf te willen dat ik er zoveel tijd en energie in zou stoppen.

Waar ben je het meest trots op, je renprestaties of het verzorgen van de dieren?
Ik ben niet het soort persoon die zich echt trots voelt op wat ze doet, want, als ik kijk naar al het lijden in de wereld, dan lijkt wat ik doe zo onbeduidend. Ik ben blij dat ik in staat ben om toevlucht te geven aan zoveel kleine zielen door de jaren heen en ik ben ook blij dat ik met mijn sport veganisme bevorder op een positieve manier en over de hele wereld.

Wat is je volgende doel?
Ik ben altijd voorzichtig met het stellen van doelen, omdat dingen zo snel kunnen veranderen. Ik zou bijvoorbeeld morgen gewond kunnen raken en nooit meer kunnen rennen. Mijn doel is om echt fit en gezond te blijven zodat ik komende jaren door kan gaan met waar ik nu bezig ben. Mijn echte levensdoel is om mensen aan te moedigen een ethische veganistische leefstijl te overwegen en om zoveel mogelijk dieren te bevrijden uit de voedselketen en andere industrieën die dieren uitbuiten, zoals vivisectie.

Wie of wat inspireert je?
Mijn inspiratie komt van iedereen die “een extra mijl aflegt” om anderen te helpen. Of dat nu voor mensen, dieren of het milieu is.

Hoe hoop je dat je leven er over 5 jaar uit ziet?
Ik hoop dat mijn leven over 5 jaar erg vergelijkbaar is met mijn huidige leven en dat ik me gezond en fit genoeg blijf voelen om te blijven doen wat ik nu doe. Mijn levensmissie is om dieren te bevrijden van het lijden. Het maakt me niet uit of mensen mij persoonlijk zullen herinneren, ik hoop gewoon dat de wereld, tegen de tijd dat ik dood ga, is veranderd in een plek die veel compassievoller is, en dat ik daar een steentje aan bijgedragen heb.

Eet en drink je speciale dingen voor betere sportprestaties?
Heel vaak heb ik niet echt tijd om iets bijzonder te eten vóór of na een run. Ik drink veel kruidenthee, maar dat is ongeveer alles omdat ik meestal zo’n haast heb om andere dingen te doen. In een ideale wereld zou ik gaan zitten en een aantal heerlijke vruchten en noten eten, zoals pijnboompitten en frambozen. In een ideale wereld zou ik gewoon blij zijn om soms te kunnen zitten! Heel vaak als ik terugkom van een run neem ik snel een drankje en ga meteen naar buiten om de dieren te  voeren en verzorgen. In de winter als het erg koud is maak ik een thermosfles zwarte koffie om buiten te kunnen drinken, zodat ik niet de moeite hoef te doen om voortdurend drankjes te maken.

Mijn voedselinname is vrij laag en mijn eisen zijn, net als mijn verwachtingen,  niet hoog. Wij hebben persoonlijk weinig of geen geld te besteden aan iets extra’s voor onszelf gezien al ons geld gaat naar het voedsel voor de dieren. Ik koop geen speciale sportproducten zoals energiedranken, gels, power bars of vitamines en supplementen. Ik eet maar één maaltijd per dag, ‘s avonds, maar het werkt voor mij. Ik moet heel gedisciplineerd zijn in alles wat ik wil doen, want anders zouden er fouten gemaakt worden en dat is niet acceptabel. Ik kan accepteren dat als je een ​​verschil wilt maken, je bereid moet zijn om dingen op te offeren.

Het soort verschil dat ik wil maken is groot, en dat betekent dat daar ook een zeer groot offer aan vast zit. Martin en ik zijn al bijna 20 jaar samen, maar we zijn nog nooit op vakantie geweest. We gaan ook nooit uit eten of naar de film. Dat is fysiek en financieel gezien gewoon niet mogelijk. Dit is de enige manier om de dierenopvang en het rennen in stand te houden. We werken in een soort van symbiose in het voordeel van de dieren en dit is waarom we doen wat we doen. Het gaat ons om de dieren. Dat is altijd zo geweest en zal altijd zo zijn.

Wat is je advies voor mensen die net als jij succesvol willen zijn in sport en het zorgen voor dieren?
Je moet vastbesloten, toegewijd, gedisciplineerd en soms zelfs een beetje wanhopig zijn om je doelen te bereiken!