Geen zin om de hele ingrediëntenlijsten te lezen om te weten of producten vegan zijn? Gelukkig hoeft dat lang niet altijd. Veel producten die geschikt zijn voor veganisten zijn voorzien van een officieel keurmerk. In dit overzicht vertellen we je over de belangrijkste.

Naast alle keurmerken zijn er ook producenten die zonder een keurmerk hun producten als veganistisch aanprijzen, meestal gaat dat goed, maar soms maken zij wel eens een foutje (bij truffels bijvoorbeeld). Dat winkeliers vegan schapkaartjes ophangen is uiteraard ook prijzenswaardig, maar ook daar gaat het wel eens mis.

Bij de term ‘100% plantaardig’ moet je als consument ook opletten. De ingrediënten van zo’n product zijn dan niet van dieren afkomstig zijn, maar het product kan alsnog om een andere redenen niet geschikt zijn voor veganisten, denk bijvoorbeeld aan verzorgingsproducten die getest zijn op dieren of wijn die geklaard is met een dierlijke stof.

De keurmerken in dit overzicht bieden de garantie dat producten gemaakt zijn zonder de exploitatie van dieren. Zit er geen keurmerk op een product en wil je toch zeker weten of het vegan is? Dan moet je toch de ingrediëntenlijst bestuderen.

Veganistische keurmerken

Vegan keurmerk
V-label vegan
PETA-approved vegan logo
Leaping Bunny
Vegan Friendly logo

Externe links

Bronnen

Eerste versie geschreven door MSc E. Dingemans.

1. Statement of Assurance. PETA. Bekeken op 24 november 2015
2. Reactie van accountmanager V-Label bij  Vegetariërsbond op 10 oktober 2024: “We verwelkomen iedereen die vragen stelt over hoe producten worden geteeld en geoogst. Het gebruik van dieren is een actueel vraagstuk waar wij nog steeds druk mee bezig zijn. De meest gebruikte definities van veganisme en vegetarisme wereldwijd hebben echter alleen betrekking op ingrediënten en hulpmiddelen bij de verwerking, en niet op meststoffen (zoals dierlijke mest), pesticiden, of het werk dat dieren verrichten (zoals ossen bij de rijstteelt, paarden bij de druiventeelt voor wijn, apen bij het oogsten van kokosnoten, varkens en honden bij het zoeken naar truffels, enzovoort). Ook gaat het niet over wilde dieren die tijdens de teelt (zoals muizen gedood door ploegen) en de oogst (zoals herten gedood door oogstmachines, of vogels bij de olijvenoogst) gewond raken of gedood worden. Dit is om praktische redenen: als we ook teelt en oogst mee zouden nemen, zouden maar heel weinig producten vandaag de dag als veganistisch of vegetarisch gezien kunnen worden. Dit komt doordat er vaak gebruik wordt gemaakt van dierlijke meststoffen, ploegen, pesticiden, oogstmachines en dieren voor werk. Dieren worden helaas vaak gebruikt, verwond of zelfs gedood. Als we ook de teelt en oogst zouden beoordelen op veganistische of vegetarische kenmerken, zou het voor de meeste mensen bijna onmogelijk zijn om veganistisch te leven. Daarom nemen wij dit niet mee in onze criteria. We willen veganisme voor iedereen toegankelijk maken en niet beperken tot een kleine groep mensen die het zich financieel kan veroorloven. Wij proberen natuurlijk wel om deze onderwerpen mee te nemen in de ontwikkeling van het V-Label. In de toekomst zullen de criteria hopelijk aangepast worden om hier beter over te kunnen waken. Ons ideaalbeeld is natuurlijk dat de producten geproduceerd worden zonder dat er in de teelt en oogst een enkel dier benadeeld wordt.”